Gemeente Gemeente Hove

'Hoofse gaffel' (bier)

In het Europese Jaar van het Bier (1987) werd door KWB de eerste bierquiz ingericht in Hove. Het thema sloeg zo goed aan dat niet alleen binnenlandse en buitenlandse brouwerijen hun medewerking verleenden, maar ook buitenlandse quizzers zakten af naar de enige echte bierquiz.

Naar aanleiding van de vijfde editie (1991) van deze quiz rijpte het idee om met iets speciaals uit te pakken. De ‘Hoofse Gaffel’ zag het levenslicht dankzij ondermeer de creativiteit van Walter Haentjens. De proefdruk van de etiketten rolde al vlug van de persen bij Drukkerij Ouderits, maar op welk bierflesje zouden ze geplakt worden? Een Hovese brouwer was er niet meer. De oude recepten van vroegere bieren van de brouwerij Huybrechts (bijvoorbeeld het ‘Burgersblond’ of het ‘Jefke’) waren niet gepast voor de moderne brouwerijmethoden en welke brouwer mocht, kon of wilde gaan experimenteren met deze recepten om ze in overeenstemming te brengen met de smaakpapillen van de huidige generatie bierconsumenten? Dan maar een - niet eens onaangename - zoektocht georganiseerd naar een modern bier en een goede brouwer. Om maar te zeggen dat de mannen van de KWB Hove (Walter Haentjens, Frans Sermeus en Pol Van Herck) een goed excuus gevonden hadden. Een jaar lang duurde de zoektocht (een mens moet er iets voor over hebben). Uiteindelijk vonden ze in het Pajottenland een familiale brouwerij (Van Den Bossche in Sint- Lievens-Essche) die het probleem direct verstond en een zeer genietbare oplossing bood. Het etiket werd aangepast aan de wettelijke voorschriften. Om dit heerlijk gerstenat bij de nieuwsgierige Hovese drinker te brengen, werd een mooi, aantrekkelijk glas uit het ruime aanbod geselecteerd. Afgesproken werd om het zacht blond, genre abdijbier, op de eerstvolgende braderij aan het publiek voor te stellen met de naam ‘Hoofse Gaffel’. Het bier had - en heeft nog - alles in zich om de moderne bierdrinker te bekoren: zacht van smaak, redelijk zwaar (8°) en helder blond.

Het werd een schot in de roos. De bakken vlogen de deur uit. Jules Van Dessel – de drankenhandelaar uit Rumst die destijds in ‘het Prinsenhof’ mocht leveren – zorgde voor de distributie en liet de bakken per palet bij hem brengen. Het bier was niet alleen in ‘het Prinsenhof’ verkrijgbaar, maar stond ook in ‘De Pomp’ en in de ‘Belle Epoque’ op de drankenkaart.

Zonder het te willen, was de naam een goed marketingelement. De mensen stelden zich steeds weer de vraag, wat ze daar nu moesten achter zoeken. De aandacht was getrokken. In feite zit het zeer eenvoudig in mekaar: op het etiket zie je de gaffel in al zijn betekenissen. Om te beginnen, is een gaffel één van de werktuigen die bij het brouwen gebruikt worden. In het Antwerpse spreekt men ook van een gaffel, als men wijst op een iet of wat groot uitgevallen reukorgaan. Dit orgaan vergemakkelijkt natuurlijk het genieten van dit bier en vult de smaakpapillen aan. Ook de rode neus die men nogal eens in karikaturen van dronkebroers ziet, is het gaffelsyndroom. En tenslotte is een gaffel bij ons ook bekend als synoniem van een kemel, een grote fout, en "als de drank is in de man,……" worden er op de bierquiz nogal eens gaffels geslagen (meestal door hen die teveel met hun gaffel in de Hoofse Gaffel hebben gezeten).

Ter gelegenheid van de jaarlijkse Internationale bierquiz kon men natuurlijk de ‘Hoofse Gaffel’ naar hartelust drinken, maar ook bij andere feestelijke gelegenheden in Hove kan het al eens gebeuren dat men je de ‘Hoofse Gaffel’ in het speciaal ontworpen degustatieglas kan voorzetten. Spijtig genoeg is hij niet in Hove zelf te koop. Daarvoor moet je naar Lier, Wilrijk of Kontich waar men dit bier tegenwoordig verkoopt onder de naam ‘Lamoral’.