Gemeente Gemeente Hove

Huisvuilophaling

Onder burgemeester Dumortier werd in 1921 het eerste reglement rond huisvuilophaling opgesteld. Toen Hove nog een landbouwdorp was met weinig inwoners (1.028 in 1898) was er geen probleem met huisvuil, dat verbrand of begraven werd. Met het groeiend aantal Hovenaars na de Eerste Wereldoorlog (2.116 inwoners in 1919) besefte het gemeentebestuur dat een huisvuilophaling gewenst was. Het huisvuil werd opgehaald door een voerman met paard en kar, die zijn komst aankondigde met een bel. Jarenlang werd dit karwei opgeknapt door August Reynders. In 1942 was er een poging om het huisvuil van Boechout, Edegem, Hove en Mortsel gezamenlijk op te halen, wat voordeliger zou uitkomen, maar de oorlogsomstandigheden beletten de uitvoering van dit plan. Zo bleef A. Reynders tot 1947 onze gemeentelijke vuilnisman. Na de oorlog kwam er een (niet-aangepaste) vrachtwagen aan te pas en werd het huisvuil opgehaald door André De Herdt. Als gevolg van de uitbreiding van de gemeentebevolking moest een beroep worden gedaan op gespecialiseerde firma’s die voor een wekelijkse ophaling van het groot huisvuil, een gescheiden ophaling van papier en groenafval en het plaatsen van containers van glas moest zorgen. Sinds 1970 wordt het huisvuil opgehaald door een aannemer, aangesteld door een intercommunale.